Komt een zakenman bij de visser
“En wat dan?” Deze korte, simpele vraag zou ons weleens naar dé antwoorden kunnen leiden. Zoveel liet een kort verhaal over een zakenman en een visser me zien. Bij deze een vrije vertaling.
Een doorgedraaide Amerikaanse zakenman moet van zijn huisarts ontstressen. Gehaast begeeft hij zich naar een klein vissersdorp in Mexico. De eerste nacht durft hij zijn telefoon niet uit te zetten en om vier uur ’s ochtends wordt hij wakker gebeld door iemand van kantoor. Uren hangt hij aan de telefoon. Als hij tijdens het twaalfde gesprek opnieuw over z’n toeren raakt, besluit hij zijn telefoon toch maar uit te zetten.
De man loopt zijn hotelkamer uit om bij de pier zijn hoofd te legen. Daar aangekomen, ziet hij een klein vissersbootje aanmeren. Er zit één man in. De Amerikaan loopt er naartoe, bekijkt de mand met vis die de man op de kade zet en complimenteert hem met de vangst.
“Hoe lang deed je er over om deze vissen te vangen?” vraagt hij. “O, slechts een tijdje”, antwoordt de Mexicaan in verrassend goed Engels. “Waarom vaar je niet langer uit? Waarom vang je niet meer vis?” “Dit is genoeg voor mijn gezin señor en genoeg om een paar vissen aan vrienden te geven.” “Maar”, stommelt de zakenman, “wat doe je dan met de rest van je tijd?”
De Mexicaan glimlacht, stapt rustig de boot uit en zegt: “Ik sta laat op. Dan ga ik vissen. Dan speel ik met mijn kinderen en dan houd ik een siësta met mijn vrouw Julia. ’s Avonds loop ik het dorp in voor een wijntje en om gitaar te spelen met mijn amigo’s. Ik heb een vol en druk leven señor.”
De Amerikaan barst in lachen uit en pompt zijn borst op. “Beste man!” scandeert hij. “Ik heb gestudeerd aan de universiteit van Harvard. Ik kan je helpen. Je moet langer vissen en meer vis verkopen. Dan kun je een grotere boot kopen. Binnen no-time verdien je genoeg voor nog een boot, en nóg een boot, een hele vlóót aan vissersboten. En dan, in plaats van de vangst aan handelaren te verkopen, ga je direct je klanten bedienen. Je kunt zelfs een conservenfabriek openen. Dan ben je eigen baas over productie, verwerking én verspreiding. Tegen die tijd moet je natuurlijk wel dit kleine vissersdorp verlaten. Ja, eerst verhuis je naar Mexico Stad, dan naar Los Angeles en uiteindelijk naar New York. Alleen vanuit New York kun je een internationale onderneming fatsoenlijk runnen.”
“Oké señor”, zegt de Mexicaan met een benieuwde blik, “en hoe lang gaat dit alles duren?” “Vijftien à twintig jaar, maximaal vijfentwintig”, zegt de Amerikaan. “En wat dan señor?” “Dan komt het leukste!” roept de Amerikaan met fonkelende ogen. “Je kondigt een beursgang aan, verkoopt je bedrijfsaandelen en bent in één klap stinkend rijk. Je verdient miljoenen!” “Miljóenen, señor? En wat dan?” “Dan ga je met pensioen en verhuis je naar een klein vissersdorp. Daar kun je elke dag laat opstaan, vissen, met je kleinkinderen spelen, een siësta houden met je vrouw Julia en ’s avonds het dorp in lopen voor een wijntje en om gitaar te spelen met je amigo’s.”
Bovenstaand verhaal is vrij vertaald uit ‘Anekdote zur Senkung der Arbeitsmoral’ (‘Anekdote over de verlaging van productiviteit’), een kort verhaal dat in 1963 werd geschreven door Heinrich Böll. Een Engelse versie vind je op Theviewinside.me/the-fisherman-the-businessman.
In 2016 leefde, werkte en reisde Raymundo tien maanden zonder geld. Het experiment was onderdeel van een groter onderzoek naar wat geld eigenlijk is, en belangrijker nog: naar hoe we er het prachtige idee van kunnen maken dat het in essentie is. Zijn boek Geld Gaat Nooit Over Geld is online vrij te lezen op een ‘geef wat goed voelt’ donatiebasis. De papieren versie en het eBoek worden binnenkort gerealiseerd. Meer over het boek, om het boek te lezen en om op de hoogte te blijven: zie GeldGaatNooitOverGeld.org.
Raymundo Resink - In onze maatschappij zijn een boel dingen normaal terwijl ze dat eigenlijk niet zijn. Ik heb me lange tijd laten vertellen dat ze nou eenmaal zo zijn. Tot ik de vragen ging stellen die gesteld wilden worden. Zodra wij eerlijk durven kijken naar geld, gaan we vanzelf eerlijker kijken naar onszelf. Zodra we eerlijker gaan kijken naar onszelf, worden we een bouwsteen voor de wereld waar we allemaal het liefst in leven. Dat is de hoofduitkomst van mijn vallen en opstaan (tot nu toe, want ik ben nog niet klaar :-).